

DE SNOEK
De snoek komt voor op het noordelijk deel van onze aardbol.
Het is een zoetwatervis.
Hij leeft het liefst in donkere wateren met veel planten.
Om niet op te vallen hebben zij een schutkleur als bruin of groen.
De snoek is een roofvis.
Wanneer zij nog jong zijn eten zij bijvoorbeeld: muggenlarven en kikkervisjes.
Wanneer zij ouder zijn bestaat hun maaltijd uit bijvoorbeeld: kikkers, jonge watervogels, ratten enz.
Soms eten zij ook soortgenoten.
Snoeken hebben vlijmscherpe tandjes.
In het voorjaar zoeken de mannetjes de vrouwtjes op om te paren.
Een vrouwtje kan duizenden eitjes leggen.
Hoe groter het vrouwtje is, hoe meer eitjes zij legt.
De zeer kleine eitjes plakken aan de onderkant van planten.
De snoek heeft veel vijanden.
Zij zijn een lekker hapje voor bijvoorbeeld: hun soortgenoten, aalscholvers, reigers enz
Een snoek kan meer dan 1 meter lang worden.
Ze kunnen wel 25 jaar oud worden.
Omdat onze wateren vervuilt worden door meststoffen en industrie zijn er minder snoeken.
Door diverse maatregelen van de overheid dreigen zij gelukkig niet uit te sterven.
